Armoede
Hoewel Nederland tot de rijkste landen van Europa behoort, is ook hier armoede. Er is veel ‘stille’ armoede: het is vaak niet zichtbaar dat mensen hun huur niet meer kunnen betalen of kinderen zonder ontbijt de deur uit moeten. Het sociale vangnet in Nederland wordt steeds kleiner. Steeds meer mensen moeten een beroep doen op maatschappelijk werk, ouderenzorg, sociale uitkeringen, jeugdzorg, studiefinanciering, ondersteuning van kerken enz.
Risicofactoren
Uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt dat eenoudergezinnen, mensen met een niet-westerse achtergrond, bijstandsontvangers en alleenstaanden onder de 65 jaar een grote kans op ernstige armoede hebben. De armoede uit zich onder meer in (zeer) beperkte financiële middelen, sociale uitsluiting, gezondheidsproblematiek en beperkte toegang tot onderwijs.
Armoede kan allerlei oorzaken hebben. Geldproblemen hebben grote invloed op het leven van alle gezinsleden. Vooral als een gezin langdurig in armoede leeft, heeft dit invloed op het opgroeien. In de meeste gezinnen met geldproblemen is de band tussen ouders en kinderen goed. Kinderen die opgroeien in armoede worden soms minder gestimuleerd, zowel thuis als op school. Ze hebben een grotere kans om eerder met school te stoppen. Het heeft ook invloed op hun gezondheid, hun vrijetijdsbesteding en de hechting met hun ouders.
Cijfers
In 2019 leefden iets meer dan 1 miljoen mensen in een huishouden onder de lage inkomensgrens, van wie 398 duizend al tenminste 4 jaar achtereen. Ongeveer één op de twaalf kinderen groeit op in armoede. Sinds 2014 daalt het percentage minderjarige kinderen die opgroeien in een huishouden met een laag inkomen. In 2019 groeide 6 procent van alle kinderen onder de 18 jaar op in een bijstandsgezin.
Gevolgen van armoede
Armoede heeft vergaande gevolgen voor iemand zijn leven. Armoede zorgt bijvoorbeeld voor minder kans op een opleiding, heeft betrekking op je woonsituatie en je gezondheid. Schaamte, sociaal isolement, eenzaamheid, stress en depressies kunnen een gevolg zijn van armoede. Mensen hebben ’teveel aan hun hoofd’. De acute geldproblemen nemen je in beslag, daardoor is er minder aandacht voor de lange termijn en is men alleen bezig met zijn of haar primaire behoeften.
Kinderen uit een laag-inkomensgezin gaan minder vaak uit dan kinderen met rijkere ouders. Ze sporten minder, volgen minder muziekles en gaan minder vaak een dagje naar de speeltuin. Kinderen uit een laag-inkomensgezin nodigen ook minder vaak vrienden uit, bijvoorbeeld voor een verjaardag, om te spelen of te blijven eten. Een laag inkomen heeft ook invloed op schoolactiviteiten waarvoor een eigen bijdrage nodig is, zoals een schoolreis, die moeten kinderen vaak aan zich voorbij laten gaan.
Meer informatie
- Armoedefonds
- Website NJI. Hier is o.a. ook informatie te vinden over hoe armoede signaleren en bespreekbaar maken.